Voorjaarswandeling rond Polder de Berkmeer

Vogelrijke voorjaarswandeling

Ten noordoosten van Obdam ligt een polder met een lange historie. Molens vertellen er hun verhaal, maar ook de weidevogels doen een flinke duit in het zakje. In Polder de Berkmeer ligt een van de gruttorijkste broedpercelen van Noord-Holland. In maart zijn er ook doortrekkende kemphanen, pijlstaarten en wulpen te verwachten.
Door: Idde Lammers

Nog maar net buiten de bebouwde kom van Obdam trekken ganzen al mijn aandacht. Groepjes grauwe ganzen en kolganzen doen zich tegoed aan het gras aan weerszijden van de weg met de naam Noorderbrug. Het oranje pijltje van de door het Wandelnetwerk Noord-Holland bewegwijzerde Berkermeerroute geeft aan dat ik links de doodlopende weg in moet. Dat komt goed uit. Op een boerenhek in de verte zie ik een buizerd 
zitten. Kan ik die meteen van wat dichterbij bewonderen. Het laatste stukje van het pad loopt over het gras naar de Obdammerdijk. Hier staat de al van verre zichtbare Obdammermolen uit, waarschijnlijk, 1698. 
Deze achtkante binnenkruier bemaalde de polder Obdam op de Ringsloot van de Berkmeer.

Genieten van de kieviten

Over de autoluwe zijde van de boezemdijk wandel ik naar de kleinschalige bebouwing van de buurtschap Berkmeer. Na een kleine slinger in de weg gaat de route verder over een door schapen begraasde graskade. Achter een bosschage duiken de contouren van de Kaagmolen op, die in 1879 hulp kreeg van een stoomgemaal. Ik geniet van de kieviten die niet blij zijn met de aanwezigheid van een grote zilverreiger. Aan de andere kant van een hoog loopbruggetje heb ik mooi zicht op Polder de Lage Hoek. In de kern van deze polder beheert Landschap Noord-Holland een fraai weidevogelreservaat. En: uitbreiding hiervan staat op stapel. Een succesvolle wervingsactie maakt het mogelijk om komend najaar het waterpeil in enkele sloten en greppels te verhogen en daarmee een gebied van 20 hectare te vernatten. De graslanden zullen hierdoor rijker aan kruiden en insecten worden. Ook het bodemleven verbetert. Daar doen weidevogels als grutto, kievit en tureluur weer hun voordeel mee. 

Aan de overkant van de Berkmeerdijk ligt een van de, nu al, gruttorijkste weidevogelreservaten van de provincie. In het 18 hectare grote reservaat van Landschap Noord-Holland broedden vorig jaar maar liefst 40 gruttoparen. Een deel van het reservaat staat nu nog plas-dras. Het ondergelopen land is vanaf de dijk goed te overzien. Als de grutto’s elk jaar in februari-maart in onze provincie terugkeren, kunnen ze in het ondiepe water, veilig voor hermelijnen en vossen, op krachten komen. Op de grens van water en land zitten veel wormen. Dat zijn ideale omstandigheden om goed voorbereid aan het broedseizoen te beginnen. In maart zijn hier ook doortrekkende kemphanen, pijlstaarten en wulpen te verwachten. Een verrekijker biedt uitkomst.

Rietputten

Rustig slingert de verstilde Berkmeerdijk terug naar Obdam. Let vooral op de verschillende rietputten rechts van de dijk. Veel in Afrika overwinterende rietvogels zijn nog niet terug, maar met wat geluk laten rietgorzen en baardmannetjes zich al wel in de niet-gemaaide rietveldjes zien. Aan de rand van Obdam vormt een parkachtig landschap de overgang tussen kassen, graslanden, akkers en de bebouwing. In het voorjaar trakteren merels, zanglijsters, roodborsten, koolmezen en winterkoningen je hier op een heus fluitconcert. Bij NS-station Obdam komt de trein piepend tot stilstand. Na 14,65 kilometer is het eindpunt van deze vogelrijke voorjaarswandeling bereikt.